Zo af en toe staar ik als een koe, vanuit mijn keukenraam
naar buiten. Ik zie dan buren lopen die ik ken en mensen waarvan ik niet zeker weet
of ze m’n buren zijn.
Die buren die ik ken, maar ook die buren die ik niet ken,
staan ongetwijfeld ook zo af en toe voor hun keukenraam te ‘koe’keloeren als ik
voorbij kom.
Ik hoor ze dan al zeggen, daar in hun keukentje, achter dat
raam:
’Kijk daar gaat ie weer.’
‘Wie?’
‘Die kale van vijfde.’
‘Wat zou die gaan doen?’
‘Naar de super? Zijn boodschappenkarretje volproppen met
bier?’
Naar zijn kleinzoon?
Zijn psychiater?
Zijn uroloog?
De bioscoop?
Het theater?
Het circus
Een vriendin?
De hoeren?
Ik pak mijn boodschappenkarretje. Naar de super. Voor bier. Met
name bier en jonge jenever. Al m’n bier is op. Ik had zo’n dorst en sloeg mijn
hand op een lege plaats. Er is alleen Spa Rood en citroensiroop in de koelkast.
En, o ja, ook nog vers geperst sinaasappelsap, dat is alleen voor na mijn
ontbijt. Thee of koffie had ook nog gekund. Maar nu gaat het puur om bier.
Buurvrouw Lara is haar bouvier, Brutus, wezen uitlaten. Ze stapt de flat in. Ik er uit. Ze lacht lief. Ook kijkt ze zo schuin weg achterom naar mijn boodschappenwagentje. Alsof ze vermoedt dat ik iets ga dumpen.
Lara zegt niks. Het blijft bij die lieve lach. Het is een zooitje rondom die afvalcontainers. Acht volle vuilnisbakzakken ernaast. Opengescheurd door onze gevederde vrienden. Tien vierkante meter rotzooi. Dan bitst die goedlachse Lara opeens in mijn richting:
‘Dat ga ik echnie opruimen, die teringzooi. Dat mag de gemeente mooi zelf doen! Die knakkers van daarnet in dat gemeentekarretje zágen die troep hier en reden door. Ik laat het ook leggen. Ze kennen de pleuris krijgen.’
Brutus heeft nu wat anders aan zijn hoofd. Hij trekt zijn baasje bijna omver in de richting van mijn boodschappenkarretje. Ruikt het karretje nog naar iets lekkers voor de hond? Het zou best eens kunnen, dat mijn karretje nog een beetje naar rundergehakt ruikt, want dat was gisteren bij de super in de aanbieding, daar kocht ik een kilo van en wie weet heeft dat een beetje gelekt. Ja, dat kan toch. Het karretje kan dat ook niet helpen. Brutus al helemaal niet.
Boodschappenkarretje volproppen! Nu! Snel!